De spots aansluiten
Zorg ervoor dat je in het plafond een stroomvoorziening hebt en deze bij elk gat voor de spots aanwezig is. Controleer voor je de spots gaat bevestigen dat de stroom uit staat. Dit doe je met een spanningszoeker. Als het lampje niet brandt, staat de stroom uit. Elk spotje heeft een kroonsteentje. Sluit de bruine en blauwe draden aan op het kroonsteentje.
Dit doe je door ze in de gaten in het kroonsteentje te steken (het maakt niet uit welke draad in welk gaatje zit) en aan te draaien met een schroevendraaier. Als de spot geaard is, moet je ook de aardedraad (de geel-groene draad) bevestigen aan het kroonsteentje of spotje. De aardedraad gaat in de middelste opening van het kroonsteentje. Duw als je alle draden bevestigd hebt, de veren van de spot naar binnen in en plaats de inbouwspot in het gat. Herhaal dit voor alle spots.