Hoe sluit je inbouwpotjes aan?
Door Floris / 4 maart 2024
Een inbouwspot is één van de meest gebruikte inbouwverlichting voor de algemene verlichting van je huis. Je kan er een ruimte volledig mee belichten, maar je kan er ook een leuke sfeer mee creëren.
Spotjes zijn er in verschillende soorten, maten en met verschillende mogelijkheden. Daarom is het belangrijk om rekening te houden met een aantal zaken.
Benodigdheden
Het inbouwen van spotjes is gelukkig niet al te lastig. Met de juiste voorbereiding kan iedereen een installateur zijn! Dit is wat je nodig hebt voor het aansluiten van jouw nieuwe spotjes:
- Een spanningszoeker
- Een potlood
- Een striptang
- Een schroevendraaier
- Een potlood
- Een gatenboor
Stappenplan
Over het algemeen volgen de meeste lampen hetzelfde stappenplan. Let op, er kunnen altijd uitzonderingen zijn. Bekijk onderaan deze pagina de geschikte instructies voor jouw specifieke spotje.
1. Schakel de stroom uit en lees de verpakking goed
Schakel voor je begint met het plaatsen van de inbouwspots de stroom uit. Check of er echt geen stroom meer op de draden staat met een spanningszoeker. Als het lampje van de spanningszoeker niet brandt, staat er geen stroom meer op de draden.
2. Boor de gaten voor de spots in het plafond
Bepaal de grootte van het gat waarin straks de inbouwspot wordt geplaatst. Op de verpakking van de spots staat de diameter van de spot aangegeven. Een paar millimeter speling maakt niet uit. Ook is het belangrijk om te controleren of je genoeg ruimte hebt in het plafond. Gemiddeld hebben inbouwspots een diepte van ongeveer 8-10 cm.
Zaag de gaten uit met een gatenboor. Zorg ervoor dat je een beschermbril draagt tijdens het boren.
3. De spotjes aansluiten
Nu gaan we de elektriciteitsdraden vastmaken. Je begint met het strippen van de elektriciteitsdraden. Dit betekent dat je het plastic om de draad heen weghaalt. Strip met de striptang 0.5 cm van de bruine en de blauwe draad kaal. Het kroonsteentje heeft twee of drie openingen. Twee daarvan zijn voor de bruine en blauwe draad. Het maakt niet uit welke draad waar wordt aangesloten. In het midden zit vaak nog een opening voor de aardedraad (de geel-groene draad). Als de spot geaard is bevestig je deze draad ook aan het kroonsteentje. Steek de draden in de openingen en schroef ze vast met een schroevendraaier.
Als je van plan bent meerdere spots door te lussen aan elkaar, hoef je enkel de eerste spot te verbinden met het lichtpunt. Lees hier verder over het doorlussen van inbouwspots.
Let op! Spotjes kunnen erg warm worden als je halogeenlampen gebruikt. Als de inbouwspots worden afgedekt, kunnen ze hun warmte niet kwijt en kan er brand ontstaan. Zorg er daarom voor dat de spots niet worden bedekt door isolatiemateriaal.
4. Plaats de lichtbronnen
Plaats tenslotte de lichtbronnen in de spotjes. Deze plaats je meestal in de onderkant van het spotje, soms in de bovenkant. Vaak is er geen lampje meegeleverd met de inbouwspot. Op de doos van de lamp kun je vinden wat voor lichtbron je nodig hebt. Op onze website kun je de juiste lichtbron vinden en aanschaffen. Schakel vervolgens de stroom weer in.
5. Draai de lichtbron vast
Draai het lampje van de spot in de fitting. Vaak is er geen lichtbron meegeleverd met de spotjes. Op de verpakking van de spot staat welke soort lichtbron je nodig hebt. Plaats het kapje over de lamp heen mocht dit van toepassing zijn. Zet dan de stroom weer op de groep en controleer of je lamp het doet. Voilà, je hebt zelf je inbouwspot aangesloten!
Wat is het verschil tussen bladveren en klemveren?
Het belangrijkste verschil tussen klemveren en bladveren bij inbouwspots is hoe ze worden gebruikt om de spot vast te zetten in het plafond.
- Bladveren worden op de inbouwspot geplaatst en zijn bevestigd aan de zijkant van de spot. Wanneer je de lamp in het plafond plaatst, klemmen de bladveren zich vast aan de binnenkant van het plafond.
- Klemveren zijn iets steviger dan bladveren en worden standaard gebruikt om spots vast te klemmen in het plafond. Ze zitten al op de inbouwspots en zorgen voor een stevige bevestiging.
In de praktijk worden klemveren vaker gebruikt omdat ze veelzijdiger zijn en voldoende stevigheid bieden, zelfs voor inbouwspots die in betonnen plafonds worden geplaatst. Dus over het algemeen kun je het beste klemveren gebruiken voor het installeren van inbouwspots.
Bladveren
Klemveren
Hoeveel spots plaats je per m2?
Het aantal spotjes dat je per vierkante meter plaatst, kan variëren afhankelijk van verschillende factoren, zoals de helderheid die je wilt bereiken, de hoogte van het plafond en het doel van de verlichting. Er is geen vaste regel voor het exacte aantal spots per vierkante meter, maar hier zijn enkele richtlijnen:
- Algemene verlichting: Voor algemene verlichting in woonruimtes, zoals woonkamers of slaapkamers, kun je ongeveer één spot per 1,5 tot 2 vierkante meter plaatsen.
- Accentverlichting: Als je spots gebruikt voor accentverlichting, zoals het benadrukken van kunstwerken of decoratieve elementen, kan een hogere dichtheid nodig zijn. Hier kun je denken aan één spot per 0,5 tot 1 vierkante meter, afhankelijk van de gewenste nadruk.
- Functionele verlichting: In ruimtes waar specifieke taken worden uitgevoerd, zoals keukens of werkruimtes, wil je misschien meer spots plaatsen om een gelijkmatige verlichting over het werkgebied te garanderen. In deze gevallen kun je ongeveer één spot per 1 vierkante meter installeren.
Het is echter belangrijk om ook rekening te houden met de specifieke kenmerken van de ruimte en persoonlijke voorkeuren bij het bepalen van het aantal spots per vierkante meter.
Welke afstand dien je aan te houden tussen de spots?
Voor afzonderlijke inbouwspots wordt vaak een onderlinge afstand genomen tussen de 80 en 150 centimeter. Voor inbouwverlichting heb je een hol of betonnen plafond nodig met een bepaalde inbouwdiepte voor een veilige afstand tussen de spot en het isolatiemateriaal.
De afstand tussen de verschillende spots hangt af van heel wat factoren. Zo moet je rekening houden met de afstand tussen vloer en plafond, de lichtsterkte van de lamp en het aantal graden van de lichtbundel. Vaste spots zijn zeer geschikt als algemene verlichting. Er zijn ook kantelbare inbouwspots die je kunt richten om accenten aan te brengen in je woning. Spots geven bundels van licht. De breedte van een lichtbundel wordt gemeten in graden; 8°- 10°- 24° - 36°- 48° of 60°. Hoe groter de lichtbundel hoe verder de spot zal schijnen. Voor algemene verlichting worden vaak spots met een lichtbundel vanaf 35° genomen. Om accenten uit te lichten worden vaak kleine lichtbundels genomen.
Doorlussen van inbouwspots
Het doorlussen van inbouwspots is een methode om meerdere spots met elkaar te verbinden, zodat ze allemaal van dezelfde stroombron gebruik kunnen maken. Hier is een algemene stapsgewijze uitleg van hoe dit proces werkt:
- Schakel de stroom uit: Voordat je begint met het doorlussen van de inbouwspots, moet je altijd de stroomtoevoer naar de groep uitschakelen. Dit kan worden gedaan door de juiste schakelaar in de meterkast uit te schakelen.
- Strip de kabels: Je begint met het strippen van de elektriciteitsdraden. Dit betekent dat je het plastic om de draad heen weghaalt. Strip met de striptang 0.5 cm van de bruine en de blauwe draad kaal.
- Verbind de spots: Schroef de elektra kabels aan het kroonsteentje van de spot. Sluit de bruine draad aan op één verbindingsklem. Sluit de blauwe en eventueel geel/groene draad aan op een andere verbindingsklem. Je hebt verbindingsklemmen met 2-3,4 of zelfs meer ingangen. Afhankelijk van het aantal ingangen kun je verschillende spots aansluiten. Zorg dat de draden van het aansluitpunt bij de draden met dezelfde kleur worden aangesloten in de verbindingsklem. Als je de spots door gaat lussen, zorg je voor een kabel tussen spot A en spot B. Deze sluit je aan op de verbindingsklemmen met draden die dezelfde kleur hebben.
- De spots aansluiten: Duw als je alle draden bevestigd hebt, de veren van de spot naar binnen en plaats de inbouwspot in het gat.
- Test de verbinding: Plaats tenslotte de lichtbronnen in de spots. Zet, als je de lichtbronnen hebt vastgedraaid, de stroom weer op de groep en controleer of je inbouwspots het doen. Het is slim op dit per spot te doen, zo weet je zeker dat je elke spot juist hebt aangesloten of waar de fout zit.
Let op! LED lichtbronnen zijn het meest duurzaam en worden ook niet warm. Spots kunnen erg warm worden als je halogeenlampen gebruikt. Als de inbouwspots worden afgedekt, kunnen ze hun warmte niet kwijt en kan er brand ontstaan. Zorg er daarom voor dat de spots niet worden bedekt met isolatiemateriaal en houd voldoende afstand.